Sinds de jaren 80 weten we dat onze klantenorders doordringen tot het klantorderontkoppelpunt (KOOP). Voor het eerst maakten Hoekstra en Romme hiermee het onderscheid expliciet tussen op order en op voorraad produceren. Achteraf lijkt het moeilijk te geloven dat dit toen zo’n ontdekking was. Hoe moeilijk kan het zijn? Of je produceert op order (Make to Order – MtO), of op voorraad (Make to Stock – MtS).
Als het goed is laten we ons bij de MtO/MtS afweging leiden door markt-, product- en proceskarakteristieken. Eenmaal besloten op voorraad te produceren (MtS) wentelen we ons massaal in de gelukzalige gedachte dat we daarmee productie ook beschermen voor de gekte van de markt. De waan van de dag wordt immers gebufferd met voorraad. Toch?
De werkelijkheid is een andere. Ga maar na. In traditionele voorraadmodellen ontstaat een bestelsignaal als de voorraad onder bestelpunt komt. Als het druk is gebeurt dit eerder; is het rustig dan gebeurt dat later. Als het druk is stijgt dus de productiebehoefte, is het rustig dan daalt deze. En hoe langer de doorlooptijd en groter de variabiliteit, hoe erger dit opslingereffect huishoudt in uw productie. En dat terwijl u dacht door op voorraad te produceren uw eigen tempo te kunnen bepalen. Niets van dat alles. Feitelijk produceert u uw voorraad op order (Make Stock to Order – MStO), zij het op interne aanvulorder.
En mocht u toch hebben besloten op order te produceren (MtO), dan blijkt bij nader inzien al te vaak uw klant voorraadhoudend. Ook in dat geval produceert u feitelijk voorraad op order (MStO), zij het in dat geval op voorraad van uw klant.
Begon ik mijn betoog met de vaststelling dat we ons konden beperken tot een keuze tussen MtS of MtO, blijken we op de keper beschouwd in veel gevallen, niet MtS, noch MtO, maar voorraad op order te produceren (MStO). En maken we het elkaar daardoor onbewust heel moeilijk. Immers, door feitelijk op order te produceren laten we de gekte van de markt onbeperkt toe tot onze productie. De gevolgen: lage bezetting, lange en onbetrouwbare doorlooptijden, hoge voorraden en frustraties en wederzijds onbegrip op de koop toe. Maar er is een uitweg!
Werkelijk op voorraad produceren, in de zin van ontkoppeld van de waan van de dag – in uw eigen tempo -, vereist dat de rol van het KOOP, traditioneel beperkt tot overbruggen van levertijd en anticiperen op onzekerheid, wordt uitgebreid met de functie om vraagvariabiliteit te absorberen. Dit vereist naast de traditionele overbruggings- en veiligheidsvoorraad introductie van capaciteitsvoorraad. Heel technisch allemaal. Belangrijker is dat de producerende en voorraadhoudende partij (in- of extern) zich realiseren dat ze het met traditionele besturing elkaar en daarmee zichzelf heel moeilijk maken, maar de intentie uitspreken dit te willen veranderen. Het lonkend perspectief is fantastisch; een hogere bezetting, kortere en betrouwbare doorlooptijden en minder voorraad op de koop toe. Helaas wordt capaciteitsvoorraad niet ondersteund door traditionele besturingsmodellen zoals min/max en MRP. Gelukkig bewijzen succesvolle praktijkvoorbeelden dat je met een beetje creativiteit en goede wil een heel eind komt.
Terugkomend op de oorspronkelijke betekenis van KOOP kom ik tot de conclusie dat er niet twee maar tenminste drie hoofdstrategieën zijn te onderscheiden: ‘op order’ (MtO), ‘op voorraad’ (MtS) en ‘voorraad op order’ (MStO). Helaas hanteren we goedbeschouwd nog altijd massaal de laatste en tevens minst gewenste. Vaak onbewust en daarom ons vaak niet bewust van de desastreuze gevolgen. Alle reden voor een herziening van onze productiestrategieën, lijkt me.